fbpx

AAAAAH F*CKING SPANNEND. Maar o zo gaaf. Dik en ik hebben namelijk besloten om in januari voor langere tijd, voor 1-3 jaar naar Australië vertrekken. Afgelopen voorjaar waren we er zes weken en hebben we alvast een ‘verkennende tocht’ gedaan, zoals we het uiteindelijk noemden. Ik trap bij deze de Australië-blogs af met hoe het allemaal zo is gekomen. Want dat ging niet zonder slag of stoot.

Zes weken vakantie

Afgelopen mei ging de zus van Dik trouwen. Dat was voor ons de aanleiding om er naartoe te gaan met het hele gezin. Want ja, zij woont met haar man en twee kinderen in het verre Australië. Wij zeiden altijd tegen m’n schoonouders: we zien ons wel in het buitenland wonen, maar Australië, zo ver willen we echt niet hoor. Niets is minder waar op dit moment. Hoewel velen denken dat we nooit meer terugkomen, denken we daar zelf wel anders over. Of in ieder geval, iets genuanceerder.

Als Jurrasic Park 

Maar dat we het tijdens onze vakantie naar ons zin hadden, dat zag de rest van de familie meteen. En ik dacht nog ‘we zitten op een roze wolk’ en misschien was dat ook wel zo, dat gaan we straks pas ondervinden. Maar de laid back mentaliteit is écht waar. Behalve dan in Sydney, daar vonden we het hysterisch. Voor de rest, echt heerlijk. Iedereen is vriendelijk, toegankelijk. En het land is werkelijk adembenemend. Niet te vergelijken. Toen we van het vliegveld naar het dorp van m’n schoonzus reden zeiden we tegen elkaar: “het is net alsof we in Jurrasic Park zijn beland!”

Grote mond en paniek

Tijdens de reis was ik Dik elke keer mentaal aan het poken met de vraag ‘hoe leuk zou het zijn als we hier wat langere tijd zouden zijn? Kunnen we onze neefjes vaker zien en roadtrippen als een malle.’ Doordat ik geen baan had op dat moment, had ik makkelijk praten. Een grote mond, bleek wel. Want toen hij uiteindelijk instemde sloeg bij mij de paniek toe. Aiii, wat had ik nou weer gezegd?

Knoop doorgehakt

Eenmaal terug in Nederland hebben we uiteindelijk de knoop doorgehakt. Deze keuze had namelijk nogal wat consequenties. Banen opzeggen, huis opzeggen, spullen verkopen en natuurlijk voorbereiden voor vertrek. Het klinkt makkelijk, maar pff ik heb mezelf echt wel eens achter de oren gekrabd of ik dit wel echt zo graag wilde.

Ik had de reacties onderschat

Plus dat ik de reacties van familie en vrienden echt wel heb onderschat. Dik en ik zaten nog helemaal op onze hype train toen we het vertelden. Nog steeds wel hoor, maar iedereen laat voornamelijk weten dat ze het heel erg leuk voor ons vinden, maar superjammer voor zichzelf. En dat snap ik ook. Alleen dat doet natuurlijk wel wat met je. Het is niet zomaar wat. Alleen toch weten we zeker dat we dit willen.

De reis van ons leven

Het is nu of nooit. Zo voelt het. Als achterin-twintigers ga je toch nadenken: what’s next? Kinderen? Huis kopen? Wij hebben die wensen zeker wel in de toekomst. Alleen het is gewoon het makkelijkst om het nu te doen. Alleen je laat natuurlijk ook wat achter. Op een gegeven moment stelden we onszelf de vraag: waarom niet? We kwamen tot de conclusie dat vrienden en familie het moeilijkst zijn om ‘achter te laten’ en dat we die natuurlijk ook het meest gaan missen. Alleen op een gegeven moment was ons plan zover gevorderd, dat we spijt gingen krijgen als we er niet voor zouden gaan. We zouden onszelf een heel gaaf avontuur ontzeggen als we het niet zouden doen.

Ik pikte het reisvirus al op mijn 18e op

Ik pikte het reisvirus op mijn 18e al op. Toen vertrok in in m’n eentje naar familie in de Verenigde Staten, die ik overigens helemaal niet kende. Twee zomers achter elkaar was ik daar omdat ik Engels wilde leren. Ook ben ik nog in Thailand geweest, wat ook een prachtige reis was. Met een groep, dat wel, maar ik kende niemand. Uit m’n comfortzone gaan had ik dus al een paar keer gedaan wat dat betreft.

In m’n comfortzone

In de jaren daarna maakte ik m’n studie af en vond ik werk. Uiteindelijk belandde ik in 2018 in een burnout en gaandeweg mijn herstel kwam ik erachter dat ik stil had gestaan. Qua professionele ontwikkeling misschien niet, maar qua persoonlijke ontwikkeling wel. Hoewel ik ook wel weer denk dat dat samenop gaat, voelde het wel alsof ik veelal binnen m’n comfortzone ben geweest. Ik zat in een werk-bubbel. Met het opzeggen van m’n baan en het maken van dit soort keuzes (en dus m’n huis en haard ook op te zeggen), voel ik me meer levend dan ooit. Mannn, wat spannend. En wat moet ik soms hard huilen omdat ik vooral mensen ga missen, maarja, daar word je ook een grote meid van, denk ik dan maar.

Vertrouwen op mezelf

Het hele burnout verhaal en dus uiteindelijk m’n baan opzeggen en vertrekken naar het buitenland, heeft er namelijk ook voor gezorgd dat ik stukje bij beetje steeds meer op mezelf durf te vertrouwen. Voor m’n burnout haalde ik al m’n zekerheden uit een baan, een vast inkomen en bevestiging vanuit m’n omgeving. Het Australië-avontuur dwingt me om te vertrouwen op mezelf. Levenslesje dus :-)) Nu hoor ik m’n moeder en m’n schoonmoeder al zeggen, ‘moet dat nou zo ver weg?’ Ja, sorry jongens, kennelijk moet dat zover weg.

Toch familie in de buurt

Dat Dik z’n zus er woont geeft natuurlijk een gouden rand aan onze reisplannen. Hoewel we er niet onze hele periode in de buurt gaan wonen, is het toch fijn om familie ‘in de buurt’ te hebben. We zijn van plan om eerst werk te zoeken bij hen in het dorp en daarna rond te gaan reizen in een (hopelijk zelfgebouwde) camper.

Komen we ooit nog terug?

Ja, dat is wel het plan. Alhoewel sommige mensen denken en zeggen dat we nooit meer terugkomen. Maar in mijn optiek is écht emigreren écht wel een ander verhaal. Je weet natuurlijk nooit hoe je er over een paar jaar bij zit, maar vooralsnog verbranden we hier niet al onze schepen. We weten gewoon niet wat de reis met ons doet. Maar ‘voor altijd’ de rest van onze familie en vrienden moeten missen, o my god dat vind ik nu echt een brug te ver.

Wat we tot januari doen: sparen

Vooralsnog zijn we nog vijf maanden in Nederland en gaan we zoveel mogelijk sparen. Betekent wel dat we m’n ouders lief aangekeken hebben en volgende week trekken we bij hen in. O myy, dat zal wel wennen zijn na vier jaar samengewoond te hebben. Maar het is voor een groter doel. En als ik m’n neefjes en nichtje hier in Nederland zie, dan moet ik nu al wel eens even slikken. Dat ik hen moet gaan missen doet nog wel het meest pijn. Dus af en toe moet ik mezelf er even aan herinneren waar we het allemaal voor doen. Misschien is het zelfs wel vergelijkbaar met het cliché dat alle ouders vertellen over het hebben van kinderen: je laat er veel voor en het is soms pittig, maar krijgt er zoooooveel voor terug <3
Natuurlijk zijn we ook op Instagram (klik hier voor: Dik’s account & mijn account) te volgen en teg